De Droomtijd: een verhaal dat het land wakker zingt

Gepubliceerd op 19 mei 2025 om 11:11

Er zijn verhalen die je niet zomaar leest. Het zijn verhalen die je zachtjes openvouwt, alsof je een oude doek afrolt vol sporen van een volk, een taal en een plek. Inheemse verhalen zijn zulke verhalen. Ze dragen de adem van voorouders, het ritme van de aarde en de wijsheid van een levenswijze die duizenden jaren oud is.

Als we het vandaag over deze verhalen hebben, mogen we dat niet doen alsof ze zomaar van ons zijn. Wij, kinderen van een wereld die al te veel geroofd heeft; grond, levens, talen, en het recht om in verbinding te leven met het land.

Maar we mogen wél luisteren. Met een open hart, met onze voeten op de aarde en met diep respect. We mogen deze verhalen tot ons nemen als richtingaanwijzers. Niet om ze te kopiëren, maar om eraan herinnerd te worden dat ook wij ooit verbonden waren. Dat ook wij weer kunnen leren luisteren naar het land, naar de wind en naar onze dromen.

Ik hou van verhalen. En in het bijzonder van verhalen die geworteld zijn in de natuur. Die je iets laten voelen wat je dacht vergeten te zijn. En die je helpen thuiskomen. Eén van die verhalen is het oeroude scheppingsverhaal van de Aboriginals van Australië: de Droomtijd.

Het verhaal van de Droomtijd

Heel, heel lang geleden, zo lang dat het woord tijd nog geen betekenis had, was de wereld stil. Er was geen zon, geen maan en er waren geen sterren. Geen bomen, geen rivieren, geen dieren en geen mensen. Alleen een grote, vormeloze leegte. De aarde lag als een slapende moeder onder een deken van donkerte.

Maar diep onder het oppervlak sliepen de Droomwezens. Grote oerkrachten, deels mens, deels dier en deels geest. Ze rustten, lang en diep. Tot de aarde op een dag begon te zuchten en te trillen. Iets bewoog zich in het duister. En de Droomwezens begonnen te ontwaken.

Eén voor één openden ze hun ogen. En toen ze opstonden, begon de wereld te veranderen. Ze klommen naar het oppervlak en alles wat ze zagen, alles waar ze aan dachten en alles wat ze zongen, werd werkelijkheid.

De Regenboogslang, een krachtig wezen van kleur en water, kronkelde door het landschap. Waar zij zich voortbewoog, ontstonden diepe geulen in de grond; rivieren en beekdalen. Waar zij haar lichaam liet rusten, ontstonden heilige waterpoelen, als bronnen van leven.

De Kangoeroe-Mens, sterk en snel, trok over de vlakten. Zijn sprongen lieten sporen achter die heuvels werden. Waar hij met zijn staart sloeg, ontstonden open velden.

De Adelaar-Mens vloog hoog boven de grond. Zijn vleugels spreidden het licht over de wereld en brachten de eerste wind.

De Spin-Vrouw weefde onzichtbare draden tussen de bomen en de sterren; lijnen van verbinding, geheugen en verhaal.

Overal waar deze wezens gingen, zongen ze het land wakker. Ze noemden dingen bij naam en door het noemen, werden de dingen wat ze waren. Het zingen was een scheppende kracht. Ieder woord vormde een deel van de wereld: een steen, een boom, een rivier, een ster. Dit zijn de liedlijnen (songlines) die het landschap tot op de dag van vandaag doordringen.

De wezens leefden hun verhalen: ze beminden, vochten, leerden, gaven geboorte, stierven en keerden weer terug. Hun daden werden mythen. Hun sporen werden wetten. Ze leerden de mensen hoe ze moesten leven, wat heilig was en hoe je in balans blijft met het land.

Toen hun werk gedaan was, trokken de Droomwezens zich terug. Sommigen keerden terug onder de aarde, anderen werden steen, berg, boom, rotsformatie of sterrenbeeld. Ze zijn er nog. Hun kracht leeft voort. Niet als wezens van vlees, maar als aanwezigheid. In het land. In de verhalen. En in de mensen die ze blijven eren. Als levend geheugen.

Wat dit verhaal betekent – en wat het ons kan leren

Voor de Aboriginals is de Droomtijd geen verleden, maar een levende werkelijkheid. Elk lied, elk ritueel en elk verhaal is een manier om verbonden te blijven met de schepping. Door de verhalen levend te houden, blijft ook het land levend. Alles is relatie. Alles is wederkerigheid.

En misschien ligt daar ook voor ons een sleutel.

Want wij leven in een wereld waar het land vaak slechts als bezit wordt gezien. Waar verhalen zijn losgezongen van plaats. En waar kinderen opgroeien zonder de diepe zekerheid dat ze deel zijn van een groter geheel. Misschien verlangen we juist daarom zo naar betekenisvolle verhalen, naar iets dat ons weer terugbrengt in een netwerk van leven.

Inheemse verhalen laten ons zien dat verhalen geen verzinsels zijn, maar levende bruggen. Bruggen tussen verleden en toekomst, tussen mens en aarde, tussen ziel en wereld.

En ook wij mogen weer gaan vertellen. Niet door andermans verhalen over te nemen, maar door onze eigen liedlijnen terug te vinden. Wat zou het verhaal zijn van jouw plek, van jouw voorouders en van jouw herinneringen? Welke dieren trekken over jouw innerlijke landschap? Wat zingt er in jou dat nog geen naam heeft?

Als we leren luisteren, kunnen we misschien ook weer zingen. En het land wakker maken... stukje bij beetje.

Met eerbied voor de volkeren die deze verhalen dragen. Met verlangen naar verbondenheid. Met hoop.

'The land is the mother, and we are of the land. We do not own the land, the land owns us.'

Aboriginal proverb

Wil je meer leren over de Droomtijdverhalen en de rijke cultuur van de Aboriginals? `kijk verder op Common Ground – Aboriginal and Torres Strait Islander storytelling Een platform dat verhalen deelt in samenwerking met inheemse gemeenschappen. Hier vind je verhalen, rituelen en uitleg over de Droomtijd en de betekenis van het land.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb